King of Devil's Island
De Noorse speelfilm 'King of Devil's Island' (oorspronkelijk uitgebracht als 'Kongen av Bastøy') eindigde in 2011 als derde bij de verkiezing voor de Publieksprijs van het Filmfestival Rotterdam, nipt achter de krakers 'Biutiful' en 'Incendies', beiden al eerder te zien bij het Filmhuis. Wij begrijpen wel waarom deze film zo hoog eindigde, want net als de andere twee is het zonder meer een aangrijpende, prachtige film.
De film begint met twee jongens, Erling en Ivar, die in 1915 per boot naar het in de Oslofjord gelegen eiland Bastøy worden gebracht om heropgevoed te worden. Ze maken daar al snel kennis met het snoeiharde bewind van de eiland-gouverneur (Stellan Skarsgård). Erling, gehard door een bestaan als harpoenier op een walvisvaarder, weigert zich bij de meedogenloze regels neer te leggen. Zijn tegenpool is Olav die ervoor heeft gekozen lijdzaam mee te werken om aldus een spoedige terugkeer in de maatschappij te bewerkstelligen. Langzaam bouwen de twee een vriendschap op, want ze beseffen dat ze elkaar nodig hebben om het dictatoriale regime te kunnen verslaan. Erling probeert keer op keer te ontsnappen en elke poging wordt gevolgd door steeds zwaardere straffen. Op den duur kan een muiterij niet uitblijven, een opstand die verstrekkende gevolgen heeft.
Met 'King of Devil's Island' levert regisseur Marius Holst een uiterst indrukwekkende film op die wordt gedragen door de schitterende beelden van de rauwe Noorse natuur en het prachtige spel van de gehele cast en met name van de veelal niet-professionele, jonge acteurs. Ons advies: reserveren, zodra het kan!